Een groeiend aantal bewijzen geeft aan dat kinderen meer door COVID-19 worden getroffen dan aanvankelijk werd gedacht.
Dat bleek ook uit een recente analyse van de Amerikaanse Centers for Disease Control and Prevention (CDC) van 1,4 miljoen kinderen onder de 12 jaar en 1,7 miljoen adolescenten van 12-17 jaar.
Daar zag men bij kinderen die COVID-19 gehad hadden een verhoogd risico op astma, myocarditis en cardiomyopathie, hartritmestoornissen, diabetes, nierfalen, veneuze trombo-embolie en stollingsstoornissen, in vergelijking met kinderen zonder COVID-19.
Deze verhoogde risico’s (exclusief astma) werden ook ervaren door adolescenten met COVID-19, die bovendien een verhoogd risico liepen op longembolie. Dergelijke uitkomsten laten zien dat kinderen niet gespaard blijven van de cardiovasculaire en metabole gevolgen van COVID-19.